Zoals beloofd in de nieuwsflits van 3 november jl., volgt hierbij een update over de uitvoering van de uitspraken van het Gerechtshof.
Het Gerechtshof heeft namelijk geoordeeld dat enkel de erkenning door RVO dat een melkveehouder onomkeerbare investeringen is aangegaan voor de peildatum (2 juli 2015) onvoldoende is om aan te nemen dat sprake is van een individuele buitensporige en onevenredige last voor die melkveehouder. Volgens het Gerechtshof is hiervoor meer nodig, namelijk inzicht in alle bedrijfsmatige gegevens en omstandigheden van elke individuele veehouder zoals zijn vermogenspositie, de totale financieringspositie, eventuele nevenactiviteiten of overige inkomsten, eventuele mogelijkheden om de overtollige bedrijfsmiddelen op andere wijze aan te wenden en zo verder.
Navraag bij RVO leert dat zij zich op het standpunt stellen dat deze uitspraken de deur op een kier zetten voor schrijnende gevallen, waarvoor deze regeling in een individueel geval disproportioneel uitpakt. RVO zegt het beleidskader hiervoor nog aan het uitwerken te zijn. Hierover wordt op korte termijn een brief van de Minister verwacht.
Het is dus nog niet duidelijk op welke wijze hieraan invulling gegeven zal worden en op welke wijze dit vervolgens wordt getoetst door RVO. De verwachting is wel dat een melkveehouder die aan wil tonen dat sprake is van een disproportionele last, uitgebreid inzage zal moeten geven in zijn financiële situatie. Daarbij is het de vraag voor welke melkveehouders dit traject zinvol zal zijn.
Wij verwachten eveneens dat deze trajecten een geruime tijd in beslag zullen gaan nemen. Dit heeft tot gevolg dat voor de invoering van het stelsel van fosfaatrechten, geen duidelijkheid wordt verwacht omtrent de positie van individuele melkveehouders die financiële verplichtingen zijn aangegaan voorafgaand aan de peildatum.
RVO heeft wel aangegeven dat zij voornemens zijn om melkveehouders voor wie het fosfaatreductieplan buiten werking is gesteld, nieuwe beschikkingen te gaan sturen over de reeds verstreken periodes. Mocht u tot deze categorie behoren en ontvangt u deze beschikkingen, overweeg dan goed of het zinvol is om daartegen bezwaar te maken, ook met inachtneming van het voorgaande.
Zodra er meer duidelijkheid komt vanuit de Minister of vanuit RVO over de wijze waarop melkveehouders aan kunnen tonen of sprake is van een individuele buitensporige en onevenredige last, dan zullen wij u hierover nader informeren.