Het ministerie van LNV heeft dinsdag 10 mei twee opkoopregelingen voor veehouderijbedrijven gepubliceerd. Ben Spreeuwenberg, adviseur bij ROBA Advies, vertelt er in dit artikel meer over.
Het gaat om de landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (LBV) en een Maatregel gerichte aankoop en beëindiging veehouderijbedrijven (MGA-2) die ter consultatie zijn gepubliceerd. De regelingen staan open voor commentaar tot 13 juni.
Het kabinet heeft voor de nu gepubliceerde landelijke beëindigingsregeling €500 miljoen uitgetrokken en voor de opkoop van piekbelasters (MGA-2) €483 miljoen.
LVB
Met de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (LBV) kunnen melkvee-, varkens- en pluimveehouders hun bedrijf of een locatie ervan vrijwillig en met subsidie beëindigen. Om in aanmerking te komen voor subsidie moeten veehouders voldoen aan onder andere de volgende voorwaarden:
- U heeft een veehouderij met melkvee-, varkens- en pluimvee (veehouderijen met productierechten) en heeft de afgelopen 3 jaren bedrijfsmatig vee gehouden;
- U beschikt over een geldige vergunning voor het houden van vee en heeft geen overtreding in het kader van de meststoffenwet begaan;
- U dient te voldoen aan een landelijke drempelwaarde voor stikstofdepositie (50 mol stikstof per jaar op natura 2000 gebieden). Hiervoor zal binnenkort een rekentool beschikbaar komen;
De te verlenen subsidie bestaat uit een marktconforme vergoeding van 100 procent voor de door te halen productierechten én een vergoeding van 100 procent voor het waardeverlies van de productiecapaciteit (forfaitair). Met deze regeling dient u verplicht te stoppen met de veehouderij-activiteiten op de deelnemende locatie, er geldt echter geen beroepsverbod.
Piekbelasters
De andere opkoopregeling die open wordt gesteld en waarop kan worden gereageerd is de ’tweede tranche van de Maatregel gerichte aankoop en beëindiging’ (MGA-2). Deze regeling geeft provincies de mogelijkheid om ‘piekbelasters’ gericht aan te kopen of te laten beëindigen.
Alle veehouderijsectoren, ook zonder productierechten, kunnen deelnemen aan de MGA-2. De belangrijkste voorwaarde is dat de depositie vanuit een veehouderij op een overbelast Natura 2000-gebied groter is dan de drempelwaarde voor dat betreffende Natura 2000-gebied. Deze drempelwaarde is voor ieder gebied specifiek bepaald.
In deze regeling wordt de vergoeding niet forfaitair bepaald, maar dit geschied aan de hand van een taxatie van uw bedrijf. Binnen deze regeling wordt tevens de mogelijkheid geboden om het bedrijf te verplaatsen
Interessanter
In een eerdere stoppersregeling – de sanering varkenshouderijen – werd 65 procent van het waardeverlies van de productiecapaciteit vergoed. Volgende regelingen zullen naar alle waarschijnlijkheid geen honderd procent vergoeding opleveren, geeft LNV reeds aan.
Ondernemers die willen weten of ze in aanmerking komen om aan de regelingen deel te nemen, kunnen contact opnemen met hun adviseur bij Arvalis of ROBA Advies.