Het percentage eiwit van eigen land kan beïnvloed worden door meer eiwit te telen van eigen land en door het eiwit dat aan de koe gevoerd wordt beter te benutten.
In het teken van de ‘Masterclass Eiwit’ zijn de afgelopen weken opnieuw enkele artikelen gepubliceerd. Deze artikelen gaan verder in op de vraagstukken: ‘Hoe kan ik de eiwitefficiëntie van mijn veestapel optimaliseren?’ en ‘Welke alternatieve (eiwitrijke) gewassen kan ik telen om meer eiwit van eigen land te verkrijgen?’.
Eiwitefficiëntie
Het eerste artikel gaat in op het optimaliseren van de eiwitefficiëntie. Door in te spelen op eiwitefficiëntie kunt u indirect het saldo per koe beïnvloeden. Hoe meer eiwit een koe opneemt uit het voer en vastlegt in melk en vlees, hoe meer dit oplevert.
Eiwitefficiëntie wordt beïnvloed door verschillende factoren, zoals huisvesting, gezondheid en fokkerij. De koe is hierbij de motor die de juiste hoeveelheid en samenstelling van voedermiddelen omzet in melk en vlees.
Lees het volledige artikel hier.
Alternatieve teelten
Het tweede artikel beschrijft diverse alternatieve (eiwitrijke) gewassen, waarmee een hoger aandeel eiwit van eigen land geteeld kan worden. In Nederland staat luzerne nog altijd op nummer 1 als alternatief eiwitrijk gewas. Maar ook soja- en veldbonen worden steeds populairder.
Naast het telen van meer eiwit van eigen land in de vorm van ruwvoer, kunt u kiezen voor een alternatief gewas als krachtvoervervanger. Hierdoor wordt de aankoop van krachtvoer verminderd, wat een positief effect heeft op zowel de portemonnee als het percentage eiwit van eigen land.
Alternatieve gewassen kunnen daarnaast een uitkomst bieden om door middel van energie eiwit uit andere teelten beter te benutten. Voederbieten zijn hier een mooi voorbeeld van. Dit gewas is energierijk en erg smakelijk, waardoor ook de voeropname wordt gestimuleerd.
Lees het volledige artikel hier.